Samen met een andere Bengaalse, kana, ging ik naar de film Lion, een film over de vijfjarige Saroo Brierley uit India.

De Indiase jongen Saroo Brierley komt als 5- jarige per ongeluk terecht op een trein die hem duizenden kilometers door India voert, ver weg van zijn thuis en familie. Na wekenlang in zijn eentje te overleven in de ruige straten van Calcutta wordt hij geadopteerd door een Australisch echtpaar. Als hij 30 is gaat Saroo op zoek naar de plek waar hij jaren geleden zijn familie kwijtraakte.

Het is een prachtig mooi, indrukwekkend, ontroerend en een hartverwarmende film. Ik stapte heel nuchter deze film binnen, maar kwam geëmotioneerd en verward er weer uit. Zoveel herkenning en emoties die bij mij loskwamen. Ik wist niet dat deze film mij zó zou raken en dat ik nu na bijna 42 jaar écht bewust werd van mijn eigen herinneringen. Ik schrok er zelf van, stom hè? Nu ik dit zo op schrijf en weer terug ga naar de film, staat het huilen me nader dan het lachen. Als ik de kleine Saroo weer voor me zie, zo lief, stoer en hartverwarmend. Een kleine leeuw van 5 jaar, die vecht voor zijn eigen bestaan! Maar tegelijkertijd was hij zo kwetsbaar en voelde hij zich zo machteloos. Machteloos omdat hij zijn broer kwijt was en de weg naar huis niet meer kon terug vinden.

Saroo nam Kana en mij mee naar onze eigen geboorteland Bangladesh. Waar we veel herkenning van India in onze geboorteland in terug zien. De sfeer, het straatbeeld, de drukte van de mensen in het verkeer, bedelende kinderen, kinderen die in stations of gewoon op straat slapen. Kinderen die achtervolgd worden, gekidnapt zijn en in weeshuizen terecht komen om daarna ter adoptie te worden gesteld. Kana was nog maar een paar maanden dat ze hier kwam en kan zich niet zoveel herinneren. Maar haar herkenning met die van Saroo is dat zij na 7 reizen en zoeken, in januari 2017 haar familie terug heeft gevonden. Helaas niet haar vader en moeder ( zij waren overleden), maar wel een volle zus, jongere en oudere halfbroers en -zussen, een oom en een nicht. Ook zij had haar emoties tijdens deze film. Alleen anders dan bij mij.

Mijn herinneringen liepen door elkaar met die van Saroo. Zoveel, dat ik sommige herinneringen tot in details kan na vertellen. In mijn paspoort stond dat ik net 4 jaar was. Doordat ik mij nog heel veel kon herinneren, hebben mijn ouders onderzoeken laten doen en bleek ik al bijna 6 te zijn.

Doordat Saroo klein was, zag hij zijn geboortedorp heel anders dan dat het werkelijk moest zijn. Hij had altijd gedacht dat het Ganeshalay was, maar het bleek Ganesh Talai te zijn. Zo ook bij mij. In mijn paspoort staat dat ik in Batandi ben geboren, een geboorte dorp in Bangladesh. Vorig jaar kreeg ik na 40 jaar van 2 Bengaalse mensen te horen, dat Batandi helemaal niet bestaat. We zijn gaan Googelen en vonden de naam Batakandi. Tja, een verschil van een paar letters, heeft jaren zijn eigen leven geleidt.

Mijn moeder had mij zelf naar een tehuis gebracht omdat ze niet meer voor mij kon zorgen. Eén keer heeft ze mij opgezocht en daarna heb ik haar nooit meer gezien. Ik werd toen ‘’gekidnapt’’ naar het Leger des heils en daarvanuit werd ik in 1975 geadopteerd. Er was ook veel herkenning van de aankomst en de ontmoeting met de adoptieouders. Waar vele emoties als boosheid en verdriet bij kwamen kijken. Het was voor mij jaren lang knokken en overleven voor een eigen bestaan. Waardoor Bangladesh samen met mijn herinneringen op de achtergrond raakte. Soms kwam het even naar boven. Door het schrijven van mijn boek en de gesprekken met andere geadopteerden én deze film, heeft het mij weer veel bewuster gemaakt over mijn adoptie, mijn herinneringen en mezelf. Ik ben niet geobsedeerd en mijn leven hangt er niet van af. Ben nog steeds dezelfde Rina en doe nog steeds mijn ding. Maar vind het interessant om er meer over te weten, het met anderen kunnen delen, te ervaren en te inspireren.

Begin volgend jaar ga ik na 25 jaar voor de tweede keer terug naar mijn roots. Ik vind het heel spannend allemaal! Ik heb altijd gezegd, ik hoef niet te zoeken. Nu zeg ik, als het op mijn pad komt, laat het maar komen. Dit puzzelstukje hoort bij mij. Het is een deel van mijn leven met wie ik ben en hoe ik in het leven sta . Daar ben ik super trots op!